“I began to realize how important it is to be an enthusiast in life. If you are interested in something, no matter what it is, go at it full speed, embrace it with both arms, hug it, love it, and above all become passionate about it. Lukewarm is no good!” – Roald Dahl
Geen betere reden om aan die berg te beginnen.
Hug the mountain! Literally at some point…
Woensdag
1 juli 2015 – Support is key!
De dag van mijn laatste werkdag op kantoor
voordat het grote avontuur gaat beginnen. En dat het een avontuur gaat worden
staat vast. Dit blijkt ook uit de ontzettend leuke reacties en succes wensen
die ik krijg van collega’s en vrienden; van een bemoedigende schouderklop, een
dikke knuffel, geluk-bedeltjes en repen Tony’s Chocolonely verstopt in mijn tas
tot tranentrekker-kaartjes. Wauw!
Donderdag
2 juli t/m zaterdag 4 juli – Do I need a bigger bag?
Inpak-stress!!! Ik denk dat ik oprecht kan
zeggen dat ik de paklijst van Mountain Network zeer zorgvuldig bestudeert heb.
Check-check-dubbel-check. Ik verzamel alle kleding die mee moet plus alles waarvan
ik denk dat het van pas kan komen. Van zeep-zonder-water tot een nagelschaartje
en van een bikini (you never know ;)) tot slaapmasker. De meeste wind- en
waterdichte kleding heb ik gehuurd bij Mountain Network en ontvang ik pas in
Chamonix, evenals alle technische materialen, zoals een pickel, stijgijzers en
gamaschen (hoezen ter bescherming van je onderbenen). Om me nog even in de watten te laten leggen
voor vertrek, slaap ik de laatste nachten bij mijn ouders. Op zaterdag 4 juli
koop ik me nog een berg snickers (beter bekend als de ‘Lifesaver’), sultana’s (voor
mij geen ‘Jean Rapid’s’ a.k.a Snelle Jelle’s) en gedroogd fruit als tochtvoer.
Het past gelukkig allemaal in m’n tassen. Weer een zorg minder!
Ready to Rock!
Zondag
5 juli 2015 – Dinner with a view!
Samen met teammaatjes Bart en Y. maak ik
de reis van Nederland naar Chamonix. De heren zijn rond 8 uur vertrokken en pikken mij op langs de snelweg in Eindhoven, waar ik door mijn lieve
papa, mama en zusje Chelsi uitgezwaaid word. Slik, nu begint het echt. Heb ik
alles? Ben ik fit genoeg? Hoe is het weer op de berg? Waarom ben ik hier ook al
weer aan begonnen? Al deze vragen passeren de revue, maar naar mate we
dichterbij onze bestemming komen en de Mont Blanc in zicht komt, verdwijnen
alle twijfels als sneeuw voor de zon. Letterlijk, want het is me een partij
warm in Mont Blanc area! Dit is wat ik
wil!
We
zijn er bijnaaaaaa!
We arriveren bij ons overnachtingshotel;
Les Campanules in Les Houches. Een fijn hotel met prachtig uitzicht op de Mont
Blanc, waar we al smullend van ons menu du jour van kunnen genieten. Wat een
magisch gevoel; die berg waarvan de top niet eens te zien is vanaf waar wij ons
bevinden.
Maandag
6 juli 2015 – Try-out in Chamonix
Na een heerlijk ontbijt, wederom aan de
voet van DE berg, vertrekken we gedrieën naar onze uitvalsbasis voor de komende
dagen, Chalet Tissières in Les Bossons,
slechts 8km verderop.
Bij aankomst kiezen we een bedje in een van
de slaapkamers en lezen we het eerste bericht van onze hoofdgids, Jehan-Roland
Guillot. Samenvattend: zorg dat je je schoenen vast ophaalt bij de verhuurder,
zodat we de volgende dag op tijd aan de slag kunnen. And so we went.
Ondertussen hebben we contact met onze
andere teamgenootjes om te zien of er later in de middag iemand in is voor een
try-out; een leuke wandeling in de omgeving. Arnold en Bjorn, vader en zoon,
die al een aantal dagen op een camping in de buurt vertoefden, zijn hiervoor in.
Wim, Yde en Watze, onze Friezen in hart en nieren, maken de tocht naar Chamonix
nog vanuit de camping in Zwitserland en zien we later in het chalet.
Arnold, Bjorn, Y., Bart en ik maken een prachtige
boswandeling met 1000 hoogtemeters. Lekker stampen en vertrouwen kweken. Met de
beentjes zit het wel goed! Volgens Jehan was het toch echt te laat om te
trainen, maar leuk en mooi was het zeker.
Teruggekomen in Chalet Tissières zijn we compleet als team. Het weer is fantastisch en we schuiven
aan voor een heerlijk 3-gangen menu op het terras; de sfeer zit erin en dat
belooft wat voor de rest van de week. We maken kennis met onze hoofdgids Jehan,
sinds heel veel jaar guide de Haute Montagne, trainer van het Frans nationale
ijsklimteam, voormalig guardian in Refuge de Tete Rousse, gepassioneerd
rotsklimmer, charmeur, klier en Fransman in hart en nieren, maar bovenal eigenaar
van een indrukwekkende 100+ beklimmingen van de Mont Blanc en dus een echte
expert. Op basis van de instructies uit z’n eerste briefing pakken wij
vervolgens onze tassen voor de activiteit van de volgende dag: Mer de Glace,
vrij vertaald “de ijszee”.
De spanning en de warmte zorgen voor wat
trubbels bij het slapen, maar who-cares? We zijn in Chamonix!
Dinsdag
7 juli 2015 – Let the fun begin!
Na het uitgebreide ontbijt maken we kennis
met de tweede gids die ons de rest van de expeditie zal begeleiden: Sébastien, Seb, al even fit en ervaren als zijn maatje Jehan.
Joepie, we zijn compleet en kunnen aan de
slag. Met z’n tienen vertrekken we richting het treintje dat ons naar de
gletsjer gaat brengen alwaar we gaan oefenen met onze stijgijzers en pickels.
Prioriteiten stellend rijden we natuurlijk eerst langs een bakkerij voor een
goede lunch die we zullen nuttigen op de gletsjer.
Voordat we het treintje instappen krijgen
we nog een instructie over hoe we de veters van onze D-schoenen goed moeten
strikken en hoe we om moeten gaan met al het materiaal dat we hebben gekregen,
en dat bevestigd zit aan onze tassen, in een drukke, toeristische omgeving. We
willen natuurlijk ten alle tijden voorkomen dat we kleine kindjes onthoofden
met onze pickels.
That
would be a bad start to say the least.
#Treinleven
Aangekomen bij het eindstation van het
treintje moeten we via trappetjes, richeltjes en een puinvlakte nog een stuk
afdalen om bij de gletsjer te komen. Dit doen we, voor onze veiligheid, maar
ook gewoon om te oefenen, in touwgroepen. In theorie heeft iedereen daarvoor
zijn gordel meegenomen. In de praktijk niet. Gelukkig is het dag 1 en na wat
serieuze opmerkingen over efficiëntie en doing-as-you-are-told wordt er een
mouw aangepast en zijn we weer op weg. Let the fun begin!
Eenmaal op de gletsjer leren we hoe we onze
gamaschen en stijgijzers af moeten stellen, aan moeten trekken en er door
middel van “the fuckin knot” er voor moeten zorgen dat deze goed vastzitten.
Simpel toch!? Not sooo much..
Na wat gemorrel heeft iedereen z’n
stijgijzers onder en lopen we een stuk over de gletsjer. Lekker vlak, dus geen
probleem. We arriveren bij ons speelterreintje en raken bekend met instructies
als “proud cowboy”, “ten to two” en “walk like an Egyptian”. The latter obviously like the song.
Allemaal technieken om het lopen op stijgijzers in steil terrein te
vergemakkelijken. Easy-peasy-lemon-squeezy! Or not? We’ll see….
Gletsjer-smiles!
We eten onze lunch genietend van het
zonnetje. Het lijkt wel vakantie.
Na de lunch zetten we onze wandeling over
de gletsjer voort en nemen we wat steilere stukken omhoog en omlaag. De gidsen
zijn duidelijk op zoek naar een locatie waar we kunnen afdalen naar de
gletsjer-rivier, deze over kunnen steken en vervolgens aan de andere kant met
behulp van de pickel weer omhoog kunnen klimmen. Top plan! Misschien omdat ik
er zo betrouwbaar uitzie, maar more likely omdat ik een beetje groen aanloop
bij het idee dat we dit moeten gaan doen, mag ik de rest touw geven wanneer zij
afdalen. Als ik dan zelf als laatste aan de beurt ben, krijg ik beneden de
karabiner niet goed los en vind ik ook een beetje eng om de overstap over het
water te maken, maar als je dan vervolgens met je pickel omhoog klimt is het
toch wel weer heel gaaf.
We trekken onze stijgijzers uit en lopen
met enorm tempo terug naar de trappen en richeltjes waar we omhoog kunnen
klimmen naar het treintje. Je mag zonder gezekerd te zijn om hoog klimmen, maar
Y. en ik kiezen ervoor om bij Seb aan te lijnen. Dit levert ons een detour met
stukje klettersteig en wat guide-stories op. Perfect!
Wanneer we met het treintje weer beneden
zijn, zonder kleine kindjes onthoofd te hebben (+1000 punten voor team 4),
krijgen we in een nabij gelegen parkje
een debriefing over de dag en een briefing voor de aankomende dag: ons vertrek
naar de Gran Paradiso, de hoogste top van Italië. Later laat Jehan ons nog zien
wat hij precies meeneemt in zijn tas en wat we kunnen verwachten qua de
benodigde laagjes kleding per fase van de beklimming. Desondanks besteden we
alsnog de hele avond aan het pakken en herpakken en her-herpakken van onze
backpacks, zowel fysiek als in ons hoofd. Check-check-dubbelcheck.
Tension
is rising! WhoopWhoop!!
Woensdag
8 juli 2015 – De Gran Paradiso en het tochtige gaatje
Jaaa! Finally. We vertrekken met drie
auto’s richting de Mont Blanc Tunnel op
weg naar Italië, waar ons volgende letterlijke hoogtepunt op ons wacht; de Gran
Paradiso (4061 m). In deze tunnel moet je verplicht 150 m afstand houden van je
voorganger, en omdat er maar 1 rijbaan richting Italië is, neemt het
doorkruisen van de 11,6 km lange tunnel nogal wat tijd in beslag.
Helaas heeft ons uitstapje naar de Mer de
Glace al een slachtoffer geëist. Arnold heeft zijn enkel verzwikt tijdens de
terugtocht van de gletsjer en kan helaas niet mee. Een flinke domper voor het
team en met name voor Arnold’s zoon Bjorn. Kanjer als hij is op 16-jarige
leeftijd, gaat Bjorn gewoon gezellig met de rest van het team mee om de Gran
Paradiso-Challenge aan te gaan.
Na een zeer enerverende autorit, might be the understatement of the year!, door
kleine Italiaanse bergdorpjes komen we aan in Pont en stellen we onze
prioriteiten: toilet, dan lunch! Vervolgens starten we onze tocht naar de hut, Rifugio
Vittorio Emanuele II (2735 m). Een uur, 45 minuten en 750 hoogtemeters later,
komen we flink bezweet aan bij de hut. Wat is het warm! Gelukkig is water bij
deze hut gratis te tappen uit een bergstroompje en daar maken we veelvuldig
gebruik van.
Start Route naar Vittorio Emanuele II
We volgen nauwgezet de tips van Jehan voor
een goede recovery: droge kleding, stretchen, lots of water en rust. Samengevat
liggen we om half 5 ’s middags met z’n 6-en op een 6 m2 kamertje met
een hoop tochtige gaatjes, in 2 driepersoons-stapelbedden, vergezeld door een
waterfles per persoon, te rusten. Dat rusten wordt regelmatig afgewisseld met
een toiletbezoek. Het water loopt goed door, want als de gids zegt dat je urine
kleurloos moet zijn, dan zorgen wij daar voor!
“We
don’t have WiFi, talk among others” – Duidelijk!
Om 7 uur schuiven we aan bij het Italian
dinner met ‘pasta or soup’, ‘meat and veggies’ and ‘chocolate, cheese or
pineapple’. We eten ons hoofd vol en krijgen te horen dat we de volgende
ochtend om exact 03.40 uur klaar moeten zijn voor het ontbijt. Dat betekent dat
je “comfortably cold” gekleed moet zijn, gordel aan, schoenen en hoofdlampje
ready-to-go en gamaschen en stijgijzers binnen handbereik in je tas. Het testen
van “comfortably cold” doe je door gewoon even buiten te gaan staan.. simple as that.
En dan lig je dus om 9 uur in je stapelbed.
Zenuwachtig en giechelig. There is no way
back now!
Donderdag
9 juli 2015 – Maria, Maria!!
03.00 AM – Wakey wakey, rise and shine. De
wekker gaat en we zijn allemaal up and
running. Het is nog even proppen met z’n 6 op die kleine kamer, waardoor we ons
genoodzaakt zien een deel van de tassen en aankleedactiviteiten zo stilletjes
mogelijk naar de gang te verplaatsen. We zijn als een van de eersten op, zodat
we later bij de top niet in de “rij” hoeven staan. Efficiëntie en timing zijn
dan ook van groot belang, want hebben de gids ons vertelt, mochten we te lang
moeten wachten om de top te kunnen beklimmen, dan doen we dat niet. Het doel
van deze tocht is namelijk niet perse de top, maar acclimatisatie op hoogte. En
van wachten in de kou en wind wordt niemand gelukkig. Des te meer reden voor
ons dus om om 03.40 uur allemaal klaar te staan; +1000 punten voor team 4!
We eten wat brood met boter, jam en
chocopasta en drinken koffie of thee uit een soepkom. Iedereen is wat stil en
in afwachting van dat wat komen gaat. Om exact 04.00 uur vertrekken we bij de
hut. Het eerste deel is vrij vlak, maar ligt bezaaid met grote, grotere en
grootse stenen. Goed uitkijken dus. Blij dat ik ben met dat hoofdlampje!
Wat licht in de duisternis.
We lopen zo een tijdje door, steken een
watervalletje van gletsjerwater over (with a little (or more…no names ;)) help
from Jehan) en staan in de sneeuw. We ploegen ons hier een stuk doorheen naar
een plekje om onze stijgijzers onder te binden, wat te drinken, een hap
snickers naar binnen te werken (ja, om 05.00 uur!) en touwgroepen te vormen.
Bjorn, Yde, Bart en ik worden bij Jehan aan het touw gebonden. Watze, Wim en Y. sluiten aan bij Seb.
We lopen over de gletsjer omhoog.
En omhoog.
En omhoog.
Een tweetal keer stoppen we voor wat mierzoete
thee (juk, maar warm!), een extra laagje, een hap eten en een foto. De zon komt
op en wat een uitzicht! Op de Mont Blanc! Wauw. Ik geloof dat ik het niet
helemaal besef, want mijn focus is gericht op de top. Ik weet namelijk van de
voorbereiding dat daar net voor nog een leuk stukje rotsklimmen zit en stiekem
word ik al een beetje zenuwachtig.
Na de tweede stop worden m’n handen niet
meer warm.. shit. In m’n backpack zitten nog warmere handschoenen, maar ik weet
dat de Jehan niet blij zal zijn als we weer moeten stoppen. Wat nu? Ik mompel
wat tegen Bart voor me en hij geeft aan dat ik toch maar om een stop moet
vragen. Tot overmaat van ramp laat ik vervolgens ook m’n wandelstok nog
vallen.. m’n vingers zijn zo koud dat ie gewoon wegglipt. Out of reach…laat
maar liggen tot de terugweg is het devies. Bummer, gelukkig heb ik nu wel warme
handen. Wanneer ik m’n rugzak weer op m’n rug heb, blijkt Seb m’n stok al gered
te hebben. Het is geen snickers, maar wel een echte lifesaver. The journey continues. We lopen nog wat
meer omhoog en arriveren bij een enorm steil stuk. Gelukkig is er een soort
trap uitgesleten door klimmers voor ons en komen we relatief eenvoudig omhoog.
We arriveren bij de rotsen en klimmen
verder omhoog. De stijgijzers op de rotsen geven mij een ongemakkelijk gevoel,
maar ik volg de voetstappen van Bart as good as it gets. Jehan zekert ons touw
aan de wand en ineens staan we op de top, naast Maria. Wat een uitzicht, en wat
een gaaf gevoel! De nodige foto’s worden genomen en Yde filmt “Voor Mimi!” hoe de tweede touwgroep, met
zijn maatjes Wim en Watze, het laatste stukje naar de top klimt. “This is a holiday!”
Maria,
Mariaaaa!!
En dan moeten we alweer naar beneden. Wat
ik even vergeten was is dat de touwgroep bij het afdalen omdraait. Dit houdt in
dat ik als eerste de afdaling moet gaan maken. Aii.. de combinatie van mijzelf,
stijgijzers en afdalen op rotsen blijkt uitermate incompatible, met name als ik
niemand heb om bij af te kijken. Na wat, of meer, gemopper van Jehan komen we
uiteindelijk toch weer aan bij de sneeuw waar je met je stijgijzers goed grip
hebt. We dalen af en volgens mij zit het tempo er goed in, maar ik heb duidelijk
door dat de gidsen niet tevreden zijn over mijn prestatie op de rotsen en maak
me toch een beetje zorgen over de consequenties daarvan. Als gevolg daarvan
verlies ik m’n focus, haak ik met m’n stijgijzer in m’n eigen broek en lig ik
een paar tellen later met beide knieën op het ijs.. &*#^@#$*&^#!! Tanden
op elkaar en al snel sta ik weer op beide pootjes. FOCUSSSS! I’m taking this
“huging the mountain” waaaaayyy too serious
De rest van de tocht naar beneden verloopt,
afgezien van Bart’s eigenwijze stijgijzer, zonder problemen. Terug bij de hut
komen we weer op krachten met een flink bord soep en worden ervaringen van de
tocht uitgewisseld! In general:
AWESOME!!!
Tijdens de wandeling terug naar de
parkeerplaats krijg ik van Jehan en Seb het advies om de volgende dag, tijdens
het rotsklimmen, goed m’n best te doen en veel te oefenen. Point taken.
Vrijdag
10 juli 2015 – Let’s Rock ‘em
Rustdag! Nou ja, een relatieve rustdag, want
we beginnen de dag met twee uurtjes rotsklimmen in Chamonix voor wat actief
herstel en vertrouwen. De locatie hadden we eerder in de week al gespot en is
werkelijk adembenemend. Op het moment dat je namelijk bovenop je route bent,
kun je je omdraaien en genieten van fantastisch uitzicht op de Mont Blanc.
Ik begin met de makkelijkste route, na
eerst Watze een rondje gezekerd te hebben in de moeilijkste route… show-off ;). Om te beginnen mogen we
gewoon aan het touw afdalen, face up. Later moeten we ook, face down, naar beneden
klimmen. Heftig, maar krijg na een tijdje wel wat meer vertrouwen. Dit moet het zijn!
De middag hebben we vrij te besteden. Op
aanraden van Jehan tuffen Y., Bart en ik gewapend met crêpes en Nutella
richting Lac Passy om lekker te zwemmen (Yay voor de bikini!) en te chillen. Al
zwemmend kun je de Mont Blanc bewonderen. Raar idee dat we twee dagen later met
dikke thermokleding richting de top zullen gaan.
Blijf maar zwemmen, blijf maar zwemmen.
De rustdag is ook de dag waarop definitief
duidelijk wordt dat Arnold echt niet mee de Mont Blanc op kan met zijn, nog
altijd immens dikke, enkel. Balen! Helaas houdt dit in dat ook Bjorn niet mee
kan met de Mont Blanc-tocht, omdat hij minderjarig is en dus niet zonder ouder
de berg op mag. Dubbel balen!! En ook Y. besluit om fysieke redenen niet de
Mont Blanc op de te gaan. Driedubbel balen!! Gelukkig wordt er voor Y. en
Bjorn vanuit Mountain Network een alternatief programma aangeboden met een van
de gidsen. Zo ervaren zij wel de bergen en het alpinisme. Top geregeld!
Team 4 zal dus gevijven de Mont
Blanc-challenge aan gaan. In deze challenge zullen we uiteraard begeleid worden
door Jehan en Seb. Als derde gids sluit Guy zich tijdens het avondeten bij ons
aan. We genieten lekker van ons “vurletste” galgenmaal en worstelen ons weer
door het tas inpakritueel, gelukkig al een stuk soepeler dan voor de Gran
Paradiso.
Evening chills!
Zaterdag
11 juli 2015 – Let the world see what you have got!
The bags are packed and we are ready to go.
We rijden naar de kabelbaan en gaan omhoog richting station Bellevue waar we
overstappen op het Mont Blanc treintje. Tuftuf! Onderweg luister ik verhalen
van verschillende andere klimgroepjes af. Sommige mensen verbazen zich over de
leeftijd van Guy, 60 jaar namelijk, en het feit dat hij gids is. Hilarisch,
want wat zij zich niet beseffen is dat
deze man niet alleen een extreem ervaren rotsklimmer en alpinist is, maar ook zo sterk als onze 5 expeditieleden
tezamen. I like to exaggerate slightly.
Verder worden vooral plannen voor de verschillende tochten doorgenomen.
Interessant om te merken hoe iedere gids bepaalde voorkeuren heeft en zijn
keuzes voor de planning van de tocht daarop baseert.
Op het eindpunt van het treintje aangekomen,
Nid D’Aigle (2380 m), eten we onze lunch en maken we ons op voor vertrek naar
de eerste Mont Blanc-hut: Refuge de Tête Rousse (3167
m). Een relaxte tocht met ongeveer 800 hoogtemeters en evenveel mooie
uitzichten.
In de hut aangekomen zoeken we onze kamer
op. De kamer is een 12-persoonsslaapzaal met 2 lagers; zes slaapplaatsen boven, zes slaapplaatsen onder.
Wij hebben vijf aaneengesloten plaatsen op het onderste lager toegewezen
gekregen en Yde draagt zorg dat onze bedjes allemaal netjes opgemaakt zijn. We
kopen onze eerste fles water voor de prijs van 5,50 euro per fles en zoeken ons
een plekje in de zon om te hydrateren en te stretchen. Eten en drinken is in
hutten op deze hoogte enorm duur, omdat al het aanvoer per helikopter gebeurd.
Tijdens het hydrateren en stretchen hebben
we uitzicht op de Refuge de Goûter (3835 m) en op
de 700 m rotsklimmen die ons dus de volgende ochtend staat te wachten. In deze
klim bevindt zich ook de gevaarlijkste passage tijdens onze beklimming van de
Mont Blanc; le Grand Couloir. Door de gidsen wordt hier ook wel naar verwezen
als “The fuckin’ corridor” en “The corridor of death”. Zeer bemoedigend
allemaal. Het komt er op neer dat op een smalle passage van +/- 40 meter de
kans op steenslag erg groot is. Boven de passage is een kabel gespannen waar je
je aan kunt zekeren, zodat bij een val je niet enkele 100-en meters naar
beneden kukelt. Diegenen die willen zien wat ik bedoel met steenslag verwijs ik
naar dit Youtube-filmpje: https://www.youtube.com/watch?v=cr-DCBEXDzk
We turen een tijdje naar deze passage en
zien een klein aantal groepjes de oversteek maken, omhoog, dan wel omlaag. In
theorie is de passage zo vroeg mogelijk in de ochtend het veiligst. Onze gidsen
kiezen er nu, met het warme weer van de afgelopen periode en de relatief hoge
activiteit van het couloir, echter voor om de passage met opkomende zon over te
steken (en dus licht), zodat de gidsen goed zicht hebben op de rotsen en elkaar
kunnen waarschuwen bij dreigend gevaar. “So you can see the rock that is going to
kill you”
Checking
out “the fuckin corridor” met water.. altijd met water.
We rusten een tijdje op ons lager, maar
omdat echt slapen er toch niet in zit, luister ik een toepasselijk muziekje:
“Don’t
stop
Never
give up
Hold
your head high
And
reach the top.
Let
world see what you have got
Bring
it all back to you” - S Club 7
Bedtime stories.
Kom maar op, we zijn er klaar voor. Let’s
hug that mountain..Hopefully not literally this time.
Nighty, night!!
Zondag
12 juli 2015 – Highs and Lows - “Don’t stop believin’”
03.30 AM – Tijd om de “beste versie van
jezelf” naar boven te halen, want we gaan naar de top van de Mont Blanc. Super
efficiënt trekken we onze kleding aan, laten we alles wat we gedurende de rest
van de tocht niet meer nodig hebben achter in een kluisje, bye, bye korte
broek…see ya soonish!, en schuiven we aan bij het ontbijt van 04.00 uur. Twee
laagjes op het bovenlijf blijkt inderdaad voldoende, comfortably cold, en Guy
instrueert me dat ik me klaar mag gaan maken om te vertrekken.
Om exact 04.40 uur vertrekken Guy en ik op
stijgijzers richting de Gouter-hut. Hoofdlampjes aan, want het is nog best
donker. Het eerst stuk gaat over sneeuw en ijs, maar is vrij steil.. lekker begin.
Na +/- 20 minuten, en met de inmiddels opkomende zon, komen we aan bij het
Grand Couloir. Guy zekert ons aan de kabel en we maken ons op voor de
oversteek. Jehan, met Bart en Yde, bevindt zich niet al te ver achter ons. Ennnn gaaan! Eenmaal aan de overkant, het duurt echt nog
geen minuut, zegt Guy me mijn stijgijzers uit te trekken, terwijl hij ons
zekertouw begint in te halen. Hoe, wat, waar en precies weet ik het niet, maar
het volgende moment hoor ik iemand roepen en zie ik dat Bart, Yde en Jehan in
elkaar gedoken beginnen te rennen over de passage. Kleine stenen vallen rond
hun voeten, maar achter hen vallen grotere stenen naar beneden. Shit, this is real! Guy trekt me onder
een overhang, zodat wij geen stenen op ons hoofd krijgen, legt beschermend zijn
arm rond mijn gezicht en nek en tegelijkertijd maken we daarmee plaats voor
Jehan, Bart en Yde om te schuilen. Verbijstering.
En wat ben ik opgelucht als ze “veilig” staan. Watze, Wim en Seb staan
echter nog aan de andere kant van het Couloir en hebben de steenval echt goed
kunnen zien. Of zij de oversteek zullen maken is niet duidelijk. Jehan en Guy
geven aan ons aan dat zij zouden besluiten terug te gaan, maar de keuze is aan
Seb. Er wordt wat over en weer geroepen en ik begrijp daaruit dat ze het even
aankijken, maar dus niet direct achter ons aan oversteken. Ondertussen bergen
wij ons “overbodige” materiaal op, want dat wij door gaan staat vast. En dan
begint de 600 m rotsklim. Bart, Yde en Jehan gaan voorop. Guy leidt me als de
ware expert die hij is door de klim heen, I
could not have done it without him, en het is pas op het einde dat ik even
verzwak, een misstap maak en bijna bovenop Jehan val. Oeps.. sorry, blonde girl falling! Gelukkig
zijn we dan bijna bij de oude tweede hut aangekomen (niet meer in gebruik) en
dat betekent het einde van het stuk rotsklimmen. Het was zwaar, en met name
tegen het einde had ik erg veel honger en behoefte aan wat te drinken, waardoor
ik me wat zwak voelde (geen pauze onderweg!), maar ik ben tevreden over de hoeveelheid
energie die het me gekost heeft. De benen voelen nog goed en conditioneel zit
het lekker. Guy zegt me “you are going to
the Mont Blanc!”
Over de kam lopen we naar de nieuwe tweede
hut, de Gouter hut, en beginnen aan een welverdiend half uur pauze. Time for a coca cola and snickers. Bring on
the sugar rush!! Tijdens de pauze
wordt voor ons duidelijk dat Watze, Wim en Seb zijn omgedraaid naar de Tete
Rousse hut en zullen afdalen naar Chamonix. Einde expeditie. Shit. Hoe en of wat hun programma voor
de komende dagen zal gaan zijn is voor ons niet duidelijk, maar dat Bart en ik,
maar met name Yde ze zullen missen tijdens de rest van de tocht wel. And then there were three…
Nog
even wat spieren loswerken voor we verder gaan.
Voordat we op pad gaan trekken we zowel op
het onder- als bovenlijf een extra laagje aan. We binden de stijgijzers weer
onder en zetten koers in de richting van Dome du Gouter en het Vallot Bivak,
een noodhut. Op een wat vlakker stuk daarna pauzeren we even en trekken we nog
een extra laagje aan op het bovenlijf en wissel ik van handschoenen. Geen koude
vingers voor mij deze keer! Onderweg komen we een aantal keer een bekende van
Jehan en/of Guy tegen. Alle gidsen lijken elkaar te kennen, leuke sfeer! Na het
Vallot bivak volgt een volgend stuk van de route dat onze volledige aandacht
vereist; Arête des Bosses. Een graat
met minder steile, steile en erg steile stukken. Niet erg veel ruimte voor je
voeten dus en volop focus nodig, zodat je niet naast het “pad” stapt. Gelukkig
voor ons is er een aardig pad uitgesleten door klimmers die ons voorgingen in
de afgelopen dagen, wat een veilig gevoel geeft. Vanuit de voorbereidingen door
Mountain Network weet ik dat je nu niet te snel moet denken dat je de top ziet,
want dat is niet zo.
Het besef van tijd vervaagt volledig, maar opeens zegt Guy “5 more minutes” “huh, is dat de top dan toch?”. Niet lang daarna mag ik Guy inhalen en loop ik de top op waar Bart en Yde me net zijn voorgegaan. Het eerste wat ik denk is: “waar zijn alle bergen?”. Het is heel raar om de hele week tussen de bergen te zijn en dan opeens erboven te staan en bovenop al die toppen te kijken.
Het besef van tijd vervaagt volledig, maar opeens zegt Guy “5 more minutes” “huh, is dat de top dan toch?”. Niet lang daarna mag ik Guy inhalen en loop ik de top op waar Bart en Yde me net zijn voorgegaan. Het eerste wat ik denk is: “waar zijn alle bergen?”. Het is heel raar om de hele week tussen de bergen te zijn en dan opeens erboven te staan en bovenop al die toppen te kijken.
Felicitaties worden uitgewisseld, foto’s,
veel foto’s, worden gemaakt. Yde laat met behulp van Bart de Friese vlag op en
ook de Mountain Network vlag komt uit de tas van Jehan. Nog meer foto’s en nog
meer rondkijken. Wat is het gaaf en wat zie je veel! Natuurlijk eten en drinken
we wat voor de terugweg. Die snickers smaken duidelijk beter op de top. Er
komen ook andere klimmers aan op de top; een groepje via dezelfde route, per
toeval ook Nederlanders die al jaren in de UK wonen, maar ook via een van de
andere routes die de Mont Blanc kent. Van de hoogte heb ik gelukkig totaal geen last. Geen hoofdpijn, misselijk- of duizeligheid en ik merk het ook niet aan mijn ademhaling. Een opluchting, want kon me vooraf niet goed voorstellen hoe ik me op deze hoogte zou voelen.
Toppers
op de top.
Sterk touwgroepje; Jehan, Yde en Bart.
Met mijn held van een gids, Guy, op de top van de Mont Blanc.
Sterk touwgroepje; Jehan, Yde en Bart.
En dan is het tijd om af te dalen. Bart en
Yde zijn al vertrokken en wij gaan ze achterna. Full speed! Niet veel later
halen we ze dan ook bij en passeren we ze. Hah!
Dit gaat lekker. Op de terugweg kunnen
we gezellig kletsen. Ik vertel over mijn werk, mijn voorbereidingen en mijn
plannen voor na de Mont Blanc. Guy vertelt over Madrid, zijn woonplaats, over een
spectaculaire route die hij laatst geklommen heeft en over zijn motivatie voor
het gids zijn op de Mont Blanc, een berg die voor hem eigenlijk geen uitdaging
is. It’s all about the people.
Vlak voor het bivak Vallot pauzeren we even
met z’n allen. Yde heeft wat last van de hoogte, maar gelukkig zijn we op de
weg terug. Er mag weer een laagje uit, want het wordt warmer als we afdalen.
Guy wil graag de navigatie op zijn horloge uitproberen en we stoppen onderweg
wat vaker zodat hij kan checken of het goed gaat en hij mij kan laten zien hoe
het werkt. De voorkeur gaat toch uit naar een kompas ;). En dan staan we weer
voor de Gouter hut, onze eindbestemming voor vandaag. Don’t stop believin’!!!
We volgen het inmiddels bijna vertrouwde ritueel;
droge kleding, vocht, eten (pastaaaaaa!!!), stretchen en een heerlijk dutje. What a life! De Gouter hut is in 2014
pas geopend en ondanks dat alle slaapzalen met elkaar verbonden zijn, heb je
een redelijk afgeschermd bedje. Om half 7 wordt het avondeten geserveerd en
vanwege alle spanningen op het Grand Couloir krijgen we van Pieter van Mountain
Network een karaf wijn voor bij het eten. Deze delen we met onze tafelgenoten en smaakt heerlijk bij de
lasagne die we geserveerd krijgen. Jum!!
Na het eten duiken we ons bedje weer in en
we kunnen zowaar uitslapen, want het ontbijt wordt pas om 06.00 uur geserveerd.
Eens kijken of het anders slaapt nu we op
de top van de Mont Blanc zijn geweest.
See you later alligator!
Maandag
13 juli 2015 - “Supergirls don’t cry!”
05.30 AM – De wekker gaat. D-day! Want hoe
groot de uitdaging op de topdag ook was, het afdalen over de rotsen wordt voor
mij de grootste uitdaging. Omdat we inmiddels vrij bedreven zijn in het
ochtendritueel moeten we nog 10 minuten wachten voor een gesloten ontbijtzaal. TikTak! Als we aan het ontbijt zitten,
komt Guy bij me langs en zegt “When you’re ready, I’m ready”. Dat is genoeg
voor mij om nog een hap “fuckin’ French” brood weg te spoelen met een slok thee
en m’n schoenen aan te gaan trekken. Let’s
get this over with! Vlak voor
vertrek werk ik nog een halve snickers naar binnen. Gonna need some lifesaving energy.
De afdaling begint en de druk is hoog, want
onze gidsen willen erg graag de trein van 09.40 uur halen. Missen we die, dan
moeten we 1 uur en 10 minuten wachten op de volgende. Let’s add some more pressure! Ik moet er duidelijk even inkomen,
maar met aanwijzingen van Guy vorderen we naar mijn idee goed. Hij denkt al
vrij snel te waar voor mij het probleem zit: “You are too tall and that is why
the ground seems so far away!”. I think
he nailed it! Maar we gaan door, ik voorop de route zoekend, af en toe
bijgestuurd door Guy. Bart en Yde halen ons in, en doordat ik vervolgens bij
Jehan kan afkijken waar ik m’n voeten neer moet zetten, kan ik ze een tijdje
goed volgen. Aan het einde van deze afdaling wacht het Grand Couloir nog op
ons. Wanneer Guy en ik daar aankomen, zijn Bart, Yde en Jehan al veilig aan de
overkant. Ze wachten een stukje verderop, zodat ze de stenen voor ons in de
gaten kunnen houden. Guy zekert ons en we gaan.. deze keer ik dus voorop. Ik
volg de aanwijzingen van Guy zo goed mogelijk en we komen zonder problemen aan
de overkant.
Nu kunnen we de bivak-tentjes bij de Tete
Rousse-hut goed zien en dalen nog een stuk verder af over een pad vol met
stenen richting het ijs. Op het ijs lopen zonder stijgijzers is enorm glad nu
het niet zo koud is. Ik glijd dan ook continu onderuit. Mijn benen zijn op. Puddingbenen. Ik verdenk ze ervan dat ze
weten dat het ergste geweest is en met vakantie gegaan zijn. Zij wel! Ik word er een beetje moedeloos
van, want ik kom nauwelijks nog vooruit. Gelukkig koppelt Guy me dan los van
het touw, zodat ik op mijn eigen tempo de laatste 300 meter kan afleggen. Eenmaal
in de hut duik ik om de hoek, uit het zicht van Bart en Yde, plof neer op een
bankje en een paar dikke tranen, van de spanning, rollen over m’n wangen. I made it! Voor mij was dit de ultieme
uitdaging van deze trip en ik heb het in de woorden van Guy goed gedaan. You did well, not very well, but well!
Ik herpak mezelf, want supergirls don’t cry, en doe een klein vreugde sprongetje! I did it!!!! Guy geeft aan dat we tien
minuutjes pauze kunnen houden voordat we verder afdalen naar de trein en
kabelbaan. De 09.40 uur trein is nog steeds een reële optie, dus gaan we
ervoor. Snel trek ik m’n korte broek aan, want in het dal is het gewoon weer
lekker zomers weer.
Als we bij het treintje aankomen, om 09.30
uur (+1000 punten voor team 4), bel ik m’n ouders even dat ik weer veilig van
de berg af ben. Het avontuur is voorbij. Ik heb mixed feelings. Dat waar ik het
afgelopen half jaar volop mee bezig bent geweest is voorbij, maar wel met een
fantastisch resultaat. Ik voel me als regen
bij zonneschijn.. kermis in de hel!
You
climb with your feet, not your knees! Uhh.. you’d say?
Als we terug zijn bij Chalet Tissieres
leveren we ons geleende materiaal in en krijgen we ons certificaat uitgereikt:
Mont Blanc – 4810 m! Bjorn, Arnold en
Y. zien we ook weer bij het Chalet. Y. en Bjorn hebben ook een toffe tocht
gehad samen met gids Damien. In de auto op weg naar huis zullen de verhalen wel
komen. Watze en Wim zwerven nog ergens op de Aguille du Midi en zullen rond
13.00 uur terug zijn.
Look
at me smiling!!
Tijd om af te nemen van onze gidsen. Jehan,
met zijn oneindige stroom van kleine pesterijtjes, zijn favoriete zin “Keep up the smile!” en zijn fascinatie
voor het vrouwelijke geslacht die ons meermaals aan het grinniken maakt, maar vastberaden
zoveel mogelijk van zijn ervaring en passie over het alpinisme op ons over te brengen.
En mijn held Guy. Vriendelijk, doch dwingend, met respect en vertrouwen. Just what I needed to get me up that
mountain. Ik bedank hem voor zijn fantastische begeleiding en hij adviseert
me vooral te blijven klimmen. Voor tips over routes en guides op mijn volgende
reisbestemmingen mag ik hem altijd benaderen.
Onze volgende prioriteit: een douche! Na
een poging tot het inleveren van onze huurschoenen (helaas winkel dicht!), een
onverwachte ontmoeting in het centrum van Chamonix met Watze, Wim en Seb en een
bezoekje aan de supermarkt voor een voedzame lunch, nemen we in het Chalet
afscheid van elkaar. Arnold en Bjorn gaan met de rest van de familie nog een
week naar de camping in Annecy, Watze, Wim en Yde maken ook een begin aan de
terugreis naar Nederland. Ook van de vriendelijke guide Seb, met zijn
bemoedigende woorden en zijn vertrouwen in mijn tempo en hiking, nemen we
afscheid. Hij is daarbij ook nog zo vriendelijk om onze schoenen later op de
dag af te geven bij de winkel in Chamonix. Super service!
In de auto naar huis komen de verhalen en
ervaringen inderdaad en scroll ik door de prachtige foto’s van Bart. Wat een trip.
I can
honestly say I loved every minute of it!
Xo
No comments:
Post a Comment